Bevrijding

Melodie: 
Psalm 136
Auteur van de tekst: 
C. van den Brink
Bijbelversen: 
Exodus 12:0 - 33:0 (ESV) Read...
Luke 7:18-23 (ESV) Read...
John 12:24 (ESV) Read...
Tekst: 

Waar de Engel ziet het bloed
van een lam, dat sterven moet,
gaat de dood het huis voorbij.
Onze God maakt slaven vrij.

Uit Egypte, door de zee,
reist God met de Zijnen mee
in het schijnsel van de wolk.
God wil wonen bij Zijn volk.

Zonder einde is Zijn trouw.
Voor het breken van de dauw
Strooit God rond genadebrood.
God geeft leven in de dood.

Stapvoets door het hete zand,
richting het beloofde land.
Rotsen worden een fontein.
God trekt mee door de woestijn.

Op de Sinaï heeft God
neergeschreven Zijn gebod
in twee tafelen van steen.
Woorden om ons leven heen.

Met de ark van het verbond
gaan de woorden uit Gods mond
als een lamp mee voor de voet
die voor struikelen behoedt.

Uit Zijn sterke rechterhand
geeft God Israël het land,
dat van melk en honing vloeit,
waar de roos van Saron bloeit.

God spreekt woorden eeuwen oud.
Uit het dode, dorre hout
Groeit een kleine, groene loot.
God schept leven in de dood.

In den hoge zij God eer.
Vrede daalt op aarde neer.
God is mensen welgezind
In het nieuwgeboren Kind.

God met ons. Zijn Naam is groot.
Levend water, levend brood,
reikt de God van Israël
aan ons uit: Immanuël.

Water wordt de beste wijn,
Waar Hij op het feest mag zijn.
Eerste teken van Gods rijk.
Jezus toont Zijn heerlijkheid.

Waar de stomme zingt zijn lied
En de blinde man weer ziet,
Waar de lamme danst de rei
Is het Koninkrijk nabij.

Waar het Evangeliewoord
Door de armen wordt gehoord.
Waar melaatsen worden rein
Zou daar niet de Christus zijn?

Die de doven doet verstaan
En de doden roept bij naam
Hij die recht zet wat is krom.
Is Hij niet de Bruidegom?

Waar demonen vluchten weg
Op een woord dat Jezus zegt
Waar de geesten zwijgen stil
Komt Gods Rijk, geschiedt Zijn wil.

In Uw hand leg Ik mijn geest
U bent steeds mijn heil geweest
Ja, vanaf de moederschoot,
Elke dag, tot in de dood

Neergelegd om op te staan
Als een rijpe korrel graan
In de aarde, ligt het brood
Uit de hemel in mijn dood.

In Mijn hand gebroken brood.
Brood dat spreekt van Jezus' dood.
Aan mijn mond de beker wijn.
Jezus' sterven maakt mij rein.

Dorst en honger zijn niet meer
Aan te tafel van mijn Heer.
Christus is het die mij voedt
met Zijn lichaam en Zijn bloed.

Op de derde dag wekt God
Uit de doden Jezus op.
Waar eens lag een korrel graan,
Zie ik nu de schoven staan.

In het hemels Kanaän.
Op de bruiloft van het Lam:
Brood en wijn in overvloed!
Looft de Heer, want Hij is goed.